lavendel2

toen God zijn blijdschap volgde
 
in het begin was God nog alleen
buiten hem om nog niets te doen
God had plezier in zijn bestaan
en de blijdschap speelde als een kind
om hem heen
 
toen op zekere dag
hoe moet een mens dat anders zeggen
trok de blijdschap hem mee
en schiep ruimte en tijd voor hem uit
en God volgde zijn blijdschap op de voet
zeven dagen lang liet hij zich leiden
door de geest van vreugde
 
hij zag opeens dat het licht werd
en hoe de warmte zich verspreidde
over de ruimte en de tijd
die zijn blijdschap had vrijgemaakt
 
maar de blijdschap ging verder
en God zag het water glinsterend in de zon
en hij zag het land
open en vrij onder de hemel
 
nog verder ging de blijdschap
en opeens zag God
hoe alles begon te bewegen
bomen en planten vogels en vissen
en de dieren op het land
goed zo zei God
en hij kreeg plezier
in alles wat zijn blijdschap
teweeg had gebracht
 
even niet kijken zei de blijdschap
op de zevende dag
en God deed in s'hemelsnaam
een ogenblik zijn ogen dicht
en toen hij opnieuw rondkeek
ontdekte hij de verrassing van zijn leven
zijn blijdschap had de mens gemaakt
niet zomaar iets maar iemand
en God herkende de mens
als sprekend zichzelf
 
toen boog God zich blij verrast
over de mens heen en zei
jij bent me door mijn blijdschap
uit het hart gegrepen
 
auteur onbekend